Alle mensen van de Angst, Dwang en Fobie stichting lijden aan een of andere vorm van angst. Welmoed van der Woude en Liesbeth*, lotgenotenbegeleidsters van de ADF-stichting, vertellen hoe dit hun leven bepaalt. Hun hele leven werd op een gegeven moment beheerst door het onder controle willen houden van angst. Gelukkig zijn er methodes waardoor je er beter mee kunt leren leven. Lotgenotencontact is daar één van.
Door Jantsje Walstra – foto: eigen bezit
Welmoed begint te vertellen over haar jeugd, toen ze al met angst werd grootgebracht. Ook is het volgens haar misschien genetisch bepaald. Bij haar sloop het er wat in. Op haar vijftiende ging ze naar een bijbelclubje waar ze heel serieus en dwangmatig mee omging. ,,Ik zat te bidden in de gang om onheil te voorkomen. Dit ontaardde uiteindelijk in een geloofscrisis en een steeds groter wordende angst toen ik 21 jaar oud was. Destijds volgde ik een HBO-studie tot analist. Ik liep stage in het ziekenhuis in Dokkum. Deze stage moest ik afbreken omdat ik mijn eigen werk niet vertrouwde en erg angstig werd. Tijdens mijn geloofscrisis vroeg ik me af of ik wel tot de goede God bad. Zo niet, dan kwam ik in de hel. Om diezelfde reden was ik ook bang fouten te maken met ongelukken tot gevolg.”
Elektroshocks
Na een verblijf van een jaar in een therapeutische gemeenschap op haar dertigste en na jarenlange begeleiding van de GGZ, moest ze opgenomen worden in het UMCG in Groningen. Destijds leefde ze ook echt in een hel. Ze was zo depressief dat ze eerst veertien keer een ECT (elektroshockbehandeling) onderging voordat de depressie opknapte. Toen kon ze met haar angst en dwang aan de slag.
,,Ik kreeg therapie en medicijnen. Veel praten met familie en lezen van psychologische literatuur hebben mij heel erg goed gedaan. Ook het lotgenotencontact helpt erg. Ik vind hier er- en herkenning, en het doorbreekt het taboe. Ik begeleid nu zo’n 10 jaar lotgenoten en geef ook voorlichting en interviews. Daarom volgde ik in 2008 nog een opleiding tot stresscouncelor.”
Liesbeth was ook opgevoed met angst. Haar vader was nogal dominant en iedereen moest naar hem luisteren. Vanaf haar tiende heeft Liesbeth al anorexia om de aandacht te vragen die ze niet kreeg. Uiteindelijk ging ze toen ze 22 was, op zichzelf wonen vanwege een studie. ,,Toen kreeg ik naast die anorexia ook nog hypochondrie (ziektevrees), een piekerstoornis en een prikkelbare darm. Hoe meer verantwoordelijkheid, hoe erger dit wordt. Ik kan dan ook geen betaald werk aan. Mijn gezin is al een hele verantwoordelijkheid op zich. Ik volg geen reguliere therapieën maar gebruik homeopathische medicijnen en volg hypnotherapie. ”
Wij zijn geen aanstellers
,,Daarnaast ervaar ik steun van het lotgenotencontact. Nu ik 55 ben, ben ik op de goede weg. Ik ga niet in de slachtofferrol zitten en bij lotgenoten ben ik niet ‘vreemd’ .Niemand ziet het aan de buitenkant. Daarom is het zo goed om er bekendheid aan te geven, want wij zijn geen aanstellers. We hopen mensen met dit artikel over de drempel te trekken om het lotgenotencontact op te zoeken”, aldus Liesbeth.
Via het Steunpunt Zelfhulp van AanZet, www.zelfhulpfriesland.nl, kun je contact opnemen met Welmoed van der Woude van de ADF-stichting. Zij wil eventueel eerst wel met jou het contact leggen (bellen of even langskomen), als dat andersom lastig is.
*Liesbeth is een fictieve naam